Regine van Goor en Wim van Zanten zijn echte reizigers die al heel wat van de wereld hebben gezien. Meestal kamperend en rondtrekkend.
Hun droom en toekomstbeeld is om met een busje op stap gaan en het zogeheten vanlife te gaan ontdekken. Lekker rondzwerven en wildkamperen in de natuur. Maar voordat ze een busje gaan aanschaffen/bouwen, willen ze eerst zeker weten of het wel zo leuk en fijn is als ze denken.
Dus hebben ze een busje gehuurd van Go Indie, een mooie route bepaald door het prachtige Andalusië en zijn ze vertrokken vanaf Sevilla. Tot 14 november 2022 reizen ze door Andalusië. Regine vindt het altijd leuk om mensen mee te nemen op haar reizen via social media. En omdat ze nu door Andalusië reizen, kun je haar posts ook hier vinden op GenieteninAndalusie.nl. Regine zelf is ook te volgen via haar Instagram account!
Reis met hen mee en geniet!
Met een campertje door Andalusië
Regine van Goor: “Sevilla wat een heerlijke stad, zo authentiek gebleven ondanks het toerisme. We waren er nu maar een dagje en hebben heel relaxt gestruind door de stad. Ieder straatje geeft je weer iets om te bewonderen en dan heb ik het niet eens over het eten en de gezellige terrasjes en barretjes. we aten tonijn tartaar met Wasibi ijs, zal dat nog overtroffen worden? Wat is vakantie toch heerlijk en wat een mazzel dat het weer tropisch is, gewoon nog zwoele avonden deze week!“
Regine van Goor: “Eerste stop met onze camper is Carmona, 30 km van Sevilla en zo goed als geen toerist te zien. Prima want wij vinden het er prachtig! vanochtend een ochtendwandelingetje gedaan en het is mij duidelijk bij de markt moeten we zijn voor onze eerste koffie met toast, hoop dat we dus vaker zo dicht bij een staspoort staan…”
Regine van Goor: “Ejica nog zo’n onbekende parel in Andalusie. ook wel “La ciudad de las torres” genoemd omdat het elf torens, vele forten, tempels en paleizen kent, veelal in prachtige barokstijl. ook hier geen Nederlands, Engels of Duits gehoord, gewoon heerlijk tussen de Spanjaarden. we aten op een rooftop, de nr 1 van de stad en de hoge verwachting kwam gelukkig uit. Het stroomde er helemaal vol en wij werden verrast met heel speciale, originele gerechten. Kabeljauw houtskool bijvoorbeeld. Dat is lekkerder dan het klink of eruit ziet! En een dessert in een bloempot, zo leuk bedacht. Beetje minder geluk met onze camperplek. Die was vol. waarop gezegd werd “les 1 altijd vroeg aankomen…” Dat wordt de komende tijd nog een uitdaging.”
Regine van Goor: “Osuna ligt tegen een heuvel opgebouwd en wordt omringd door akkers en olijfboomgaarden. In het stadje zie je het oude Spanje herleven. De geschiedenis van Osuna gaat terug naar de tijd van de Iberiërs. Zoals met zoveel steden in Spanje is ze veroverd door de Romeinen en later geregeerd door de Moren die hier in 1239 weer werden verdreven. We zien op zondag het slapende stadje ontwaken en doen wat de Spanjaarden doen. Ontbijten met churros met chocolade, toast met ham en tomaat met olijfolie en daarna lekker wandelen. En daar gaat het fout. Zij lopen in hun mooiste kleding en daar kan ik niet aan tippen maar ik weet niet wie er meer geniet…
Ik ben een beetje bang dat het na deze plek toeristischer wordt op onze route.”
Regine van Goor: “Setenil de las Bodegas, ik rende er bijna weg zoveel toeristen opeens. Gek genoeg dan vind ik volle terrassen niet gezellig. Maar gelukkig zoals vaak blijven veel toeristen op een plek en missen het mooiste. Setinel is zeker de moeite waard en doet ons door zijn grotwoningen aan Scicli op Sicilië denken. Er zijn er hier echt heel veel al worden sommige alleen nog als duiventil gebruikt. Is er dan een duiventil of huis te koop als ik een te koop bord zie?”
Regine van Goor: “Bij een trip door Andalusie staat Ronda meestal wel op het programma. Dit komt mede door de spectaculaire ligging aan weerszijden van een diepe kloof. Deze unieke stad wordt in tweëen gesplitst door de Tajo de Rondakloof, uitgesleten door de Guadalevín-rivier. De twee stadsdelen worden verbonden door onder andere de “nieuwe brug” (Puente Nuevo), de brug die op alle vakantoefoto’s staat. Vakantie is vrijheid, dat gaat extra makkelijk met een bus zonder geboekte overnachtingen. We kiezen voor nog minder kilometers en meer tijd aan de kust straks. Onze bus zetten we aan het einde van de middag neer op een topplekje vlak voor Grazalema. uitkijkend op het witte dorp gekleefd tegen een heuvel en neerkijkend naar een vallei van natuurpark Sierra de Grazalema. Dit is vanlife!”
Regine van Goor: Ubrique is bekend om zijn leer en zijn stierenvechters. Toepasselijk parkeren we dan ook onze bus naast de arena. Een dame begint me enthousiast rond te leiden, ze praatte honderd uit. Beetje jammer dat ik er niks van begreep, alleen dat ze erg onder de indruk was van mijn lengte en dat ik vast veel Danoontjes had gegeten. We moesten dus vooral op de foto. Groot en klein.
Het oude Ubrique is weer het hoogste deel van de stad. Zo steil zagen we de smalle straatjes nog niet eerder. We moeten lachen om de paden speciaal voor rollators en kinderwagens…Arme oude mensen. En we zien veel oude mensen. Andalusië vergrijst volgens mij enorm? Wij hebben weer onze hoogtemeters gemaakt voor vandaag en ondanks dat we struinen en ontdekken altijd leuk vinden moet ik zeggen dat we mooiere witte dorpen gezien hebben. Het leeft hier vooral in het nieuwe gedeelte van het dorp. Wij rijden door naar Arcos de la Frontera en belanden voor het eerst deze vakantie op een strandje, Playa Arcos. Het wordt haast een gewoonte, we slapen weer met zicht op het witte dorp hoog op de heuvel, met deze keer als toegift het strand en het meer.
Regine van Goor: De hele dag zien we de zon op- en onder gaan. In Arcos de la Frontera aan Playa de Arcos. Hier leren we ook nog eens een voor ons nieuwe sport kennen, kanopolo. Wat een ingewikkeld spel! Arcos de la Frontera vinden we heerlijk slaperig, groot genoeg om echt te kunnen struinen en verrast te worden door heel mooie oude bezienswaardigheden. We drinken cortado’s in een heel ouderwets knus koffietentje waar we wel 7 gasten “bollos” horen bestellen. En iedere keer was het antwoord ‘Manana’, zonder elkaar te verstaan lachen we er om met de bardame. Later komen we langs het plaatselijke bakkertje en begrijpen we waarom ze zoveel inkomsten misloopt, de bakker is dicht.
Wij parkeren steeds buiten de dorpen om te voorkomen dat we doodsangsten uitstaan in de smalle straatjes. Bij gebrek aan snelwegen is dit vast het rij-examen hier? Ik zou het nooit halen!
Regine van Goor: Barbate een vissersdorp aan de Costa de la Luz, de blauwvintonijn – atún rojo salvaje zoals deze in Andalusië heet – is waar het hier allemaal om draait. In april, mei en juni wordt deze vis in Barate en enkele andere kustplaatsen langs de Costa de la Luz op een duurzame manier gevangen volgens een eeuwenoude methode. Een vissershaven dus vol bedrijvigheid waar de mannen voor ze de zee op gaan even een kruisje komen slaan in het primitieve kapelletje dat bij de haven is gemaakt. Wij komen in de sfeer en besluiten tonijn op de markt te kopen en zo eten we de hele dag tonijn. Op de markt vroegen we 300 gram sashimi tonijn voor een poke bowl en het was hilarisch dat ze dat tot de gram exact afsneed. Het lukt haar niet nogmaals met de tonijnsteaks. Wat is het toch gezellig om op de markt boodschappen te doen. En lekker dat de tonijn was! Het is enorm laagseizoen, veel restaurants en kiosk liggen er verlaten bij maar het maakt ook dat we aan het strand mogen staan met de bus, echt perfect. De luchten zijn enorm rood bij de zonsondergang.
Het Parque Natural de la Breña y Marismas del Barate ligt net boven Barate met mooi strand, kliffen en pijnboombossen daarop. We vermaken er ons prima.
Regine van Goor: Tarifa, het surfparadijs waar Wim vroeger als surfboy altijd al naartoe wilde. De plek waar de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan samenkomen. Waar je Marokko ziet op 14 km afstand. Zelfs de lampjes van Tanger in de avond!
Het is te zien dat het hier, in het oude dorp van Tarifa, heel gezellig kan zijn in de zomer. Wij missen er het echte Spaanse leven… al zijn er nu voornamelijk Spanjaarden. We missen de plastic stoeltjes op de terrassen bedoel ik, de winkeltjes zijn te mooi en eigenlijk ook de terrasjes en restaurantjes. Desondanks vermaken wij ons weer prima.
We bezoeken Punta Paloma, te bereiken door dwars door Funa De Valdevaqueros te rijden en dat is al een groot avontuur.
Valdevaqueros is het surfwahalla en het strand met zijn hoge zandduinen van Playa de Bolonia is ook een plek die je zeker bezocht moet hebben. een duin van wel 30 meter hoog is een hele kliom maar geeft je dan ook een prachtig uitzicht.
Ten zuiden van Tarifa loopt een prachtig kustpad waar we ons ook nog een dag uitgeleefd hebben. Het is lang geleden dat ik 20 km op een dag liep, zo blij dat het weer lukte met mijn voetblessure.
Gisteren wilden we weer zelf kokkerellen met tonijn maar helaas geen vis gevonden… Alles wat we zagen werd aan de meeuwen gevoerd. Wat dan wel weer leuk was, was om de vissers hun netten op te zien ruimen en daarna met ze op het terras te zitten bij het vissers café.
Regine van Goor: Deuren, ramen altijd leuk op reis. Naast de witte muren, rode kleidakpannen zijn de bruine deuren typerend voor Andalusië. Ik steek geregeld mijn hoofd even door een deur want vaak zijn er ook prachtig betegelde patio’s achter de bruine deuren. De patio’s zijn gezellig gemaakt met pottten vol planten. Voor de ramen zitten altijd tralies en rolgordijnen. Zoals je ziet ik fotografeer ze weer veel.
Regine van Goor: Wat heerlijk is het toch om op vakantie zonder tijd te leven, alleen de zonsopgang en -ondergang zijn onze vaste momenten op de dag. De was herinnert ons eraan welke dag het is. We zijn nog steeds aan de Costa de la luz. De kust van het licht. De zon lijkt hier meer helder en maakt de meeste zonuren van Europa. Vejer de la Frontera is een plaatje. Dit witte vestingstadje op 10 minuten van de maagdelijke stranden van de Costa de la Luz ligt spectaculair op een groene heuvel van 220 meter hoog. Met haar rug naar zee en uitkijkend over de bergen van de Alcornocales en de glooiende velden van la Janda. In het voorjaar schijnen hier miljoenen zonnebloemen te bloeien. Vejer lijkt wel smetteloos witter dan de eerdere dorpen die we zagen. De zandkleurige kerktoren steekt er boven uit, evenals het kasteel en de Arabische stadsmuren. Het stadje heeft een wat eleganter, mondaine sfeer. Waarschijnlijk door zijn hippe winkeltjes, barretjes en spierwitte muren. Het is heerlijk eten op het plein met zijn mooie fontein. We aten voor de verandering eens Marokkaans en lekker dat het was. Thuis toch eens in verdiepen. Het is moeilijk voor te stellen dat het plein vroeger in gebruik was voor het stierenvechten. De foto met de gesluierde vrouw is verwarrend, dit is eigenlijk de klederdracht zoals hier werd gedragen. We parkeren weer eens aan het strand, deze keer bij Conil de la Frontera want niks lekkerder dan nog even op het strand en slapen met het geluid van zee. Het dorpje bekijken we met een avondwandeling. Met al die led-verlichting is er bijna geen normale foto meer te maken in het donker valt ons op. Maar ach, de sfeer kennen jullie inmiddels wel.
Regine van Goor: Soms kom je op een plek waar je nog nooit van gehoord hebt, een onbekend pareltje. El Puerto de Santa María behoort tot deze categorie. Samen met Jerez de la Frontera en Sanlúcar de Barrameda vormen ze de befaamde sherry driehoek. Wijn die door zijn bijzondere rijpingsproces de naam sherry heeft en deze naam mag alleen gegeven worden aan wijn uit dit gebied. We zijn onder de indruk van de Osborn bodega, het zijn enorme gebouwen die hele straten beslaan. Nergens in Europa zie je zoveel bars als in Spanje. Ik las 1 op de 165 inwoners. Voor 12:00 drinken is hier heel normaal. Gelukkig kan ik er ook koffie krijgen!
Jerez de la Frontera verrast, het is weekend, 26 graden en enorm druk op de terrassen en pleinen. Wij lopen zonder kaart rond en lijken steeds op het goede moment ergens te zijn. Optredens van flamenco, de start van een processie, wat een geluk hebben we!
We vroegen ons af waar de wijngaarden waren in de sherry driehoek. Die zagen we op de heuvels rondom Jerez. En toch hadden we er meer verwacht. Sherry heet hier in Spanje Jerez. Het zijn de Engelsen die het verbasterd hebben naar sherry. Moeilijke taal blijkbaar Spaans.
Voor het lekkerste gebak moet je ook in Jerez zijn bij pastelería Jesus. Ik schrijf het hier op zodat ik het terug kan vinden, het pistache gebak met citroen merengue, amandelgebakje of chocolade-sinaaappel, we aten er teveel of eigenlijk ook niet want je wilt dit proeven.
Regine van Goor: We gaan verder met het ontdekken van de sherry driehoek. We merken wel dat dit een beetje een uithoek van Spanje is. Het dorp Rota vinden we nog wel knus en authentiek. We zien het voor ons dat het nieuwe gedeelte van Rota in de zomer enorm veel badgasten ontvangt.
Verder richting Chipiona en Sanlúcar de Barrameda wordt het viezer en armoediger. De oude centra zijn maar klein desondanks is in Sanlúcar de Barrameda de vrijdagmiddagborrel wel erg gezellig op een mooi oud plein met een fontein. Een onverwacht bezoek aan een bodega geeft de dag nog wat extra kleur.
We zagen de grote bodega’s al van buiten. Binnen is het mogelijk door de geur en vele oude eiken vaten nog indrukwekkender. Die geur gaat door de muren heen. Je weet buiten precies wanneer je weer een bodega passeert. In Chipiona zien we de 1 na grootste vuurtoren van Europa. ook dit is duidelijk weer een badplaats met kilometers strand. Desondanks vinden we het lastig een slaapplek te vinden.
We lezen in onze app park4night mafia praktijken van mannen in gele hesjes die camperaars 150 euro afhandig maken. De politie doet er niks aan. Het voelt niet goed en dan is de camperregel, niet doen, doorrijden.
We rijden een stukje terug naar Rota en daar voelt het goed. De politie rijdt veel voorbij en laat ons gewoon met rust. We staan helemaal alleen. Helaas was dit onze laatste nacht dat we slapen met het geluid van de zee, in de ochtend wakker worden en het strand op stappen.
We hebben er nog lang geen genoeg van, dit vanlife smaakt naar meer. Ideeën voor onze eigen bus worden steeds duidelijker. Voor vertrek wilde ik al een eigen bus, maar nu mag het wel sneller merk ik. Eerst nog genieten van een weekend Spaanse steden, tapas en heel veel barretjes en geklets om onze oren. Wat kunnen de Spanjaarden kletsen!