Spaans, de taal
Voor vertrek naar Spanje boeken Carlo en Ronald een cursus Spaans in Vught. Niet bij de nonnen, maar bij het instituut Jeroen Bosch.
Ronald: “Dat hadden we net zo goed niet kunnen doen want daar hebben we helemaal niets aan gehad. Er bleven misschien een paar woordjes hangen, dat was het wel. We waren ook veel te druk in ons hoofd. Werken en van alles voorbereiden. Nee, die cursus was weggegooid geld. Toen we eenmaal hier waren hadden we het 1e jaar ook erg druk. Maar al snel zeiden we tegen elkaar, we moeten nu toch echt Spaans gaan leren.
We vonden een lerares, Maria, die kwam aan huis, 2 uur per week. Een hartstikke leuk mens. Zij heeft ons een aardig niveau kunnen bij brengen. We hebben nog steeds les, al 15 jaar. Zo leren we steeds weer een beetje bij.
Toch oefenen we het Spaans te weinig. We spreken met onze gasten veel Engels , Duits en nog meer Nederlands. We hebben geen Spaanse buren, tuinman of schoonmaakster. Alles doen we zelf en komen dus vrij weinig in aanraking met Spanjaarden voor een dagelijks praatje.”
Carlo: “We hebben wel eens tegen Maria gezegd, misschien hadden we beter een schoonmaker kunnen vragen om hier elke dag schoon te maken. Dan hadden we elke dag een beetje Spaans kunnen oefenen en was onze B&B voor hetzelfde geld ook nog schoon, haha.
Dat was natuurlijk een grapje. Maria is Nederlandse, maar woont al 50 jaar hier. Ze kan het ongelooflijk goed uitleggen.