We zitten op een fijn dakterras in Cómpeta. Het is heerlijk weer. In de verte zien we zelfs de zee. We spreken met Albert, eigenaar van La Granada Residénce, een fijn dorpshuis met twee luxe vakantieappartementen in hartje Cómpeta. We zijn nieuwsgierig naar het verhaal van Albert, hoe hij hier terechtgekomen is.
Snel naar
Het verleden
Voordat Albert neerstrijkt in Cómpeta en een nieuwe weg inslaat, is hij in Spanje directeur bij een divisie van een grote Zweedse multinational, dat productiesystemen levert aan de vlees- en convenience food industrie. Zoals bijvoorbeeld produktielijnen voor bekende fastfood fabrikanten.
“Ik heb vanaf 1984 op meerdere plekken in de wereld gewoond en gewerkt. In Melbourne, Australië voor het zuidelijk halfrond, in Singapore voor Zuid-Oost Azië, in Tokyo voor Japan en later in Madrid voor Spanje en Portugal. Mijn werk bestond uit het opbouwen van een nieuwe organisatie in deze regio’s en het aantrekken van verkoop- en technische medewerkers. Zodra dat kantoor op eigen benen kon staan, meestal na zo’n twee á drie jaar, vertrok ik weer naar een andere regio om daar hetzelfde te doen.”
Inktzwarte periode
Albert was in december 1992 met zijn gezin uit Japan op verlof in Europa toen het noodlot keihard toesloeg. Hij zat samen met zijn vrouw, twee dochters en schoonzoon in het vliegtuig dat op 21 december in Faro neerstortte.
Albert vertelt: “In mijn bestaan heb ik soms in een week tijd meer gevlogen dan andere mensen met de trein gaan. Ik voelde dat het fout ging. Het vliegtuig had al twee keer geprobeerd om te landen en een doorstart gemaakt. Nee, dit ging echt niet goed, het vliegtuig maakte wilde bewegingen.
Ik zat aan het gangpad en was al uit mijn stoel opgestaan en stond naast mijn jongste dochter aan de andere kant van het gangpad. Ik zei tegen haar, daar is de deur, zodra het vliegtuig op de grond is maak ik die open. Zover kwam het helaas niet…
Mijn jongste dochter, vrouw en schoonzoon zaten in het middengedeelte van het vliegtuig, een DC-10, waar grote bagagebakken boven de middensectie hangen. Die kwamen door de enorme klap van de landing naar beneden, boven op hen.
Ikzelf kon, zwaargewond, uit het vliegtuig komen waar reddingswerkers mij in het moeras vonden en naar het ziekenhuis in Faro vervoerden. Hier heeft men mijn leven op ’t nippertje kunnen redden. Terug in Nederland heb ik drie maanden in het ziekenhuis gelegen en ben ik verschillende malen geopereerd. Vervolgens ben ik teruggegaan naar mijn werk in Tokyo, vergezeld door mijn oudste dochter. Ik ben daar nog tot eind 1993 gebleven om mijn opdracht af te maken, maar had eigenlijk nog wel langer willen blijven omdat Japan een heel interessant land is om te wonen en te werken. Maar de klus was geklaard, de divisie functioneerde goed en de directie vroeg mij of ik een volgende opdracht in Brazilië of Madrid wilde doen.
Brazilië was voor mij natuurlijk geen optie. Mijn oudste dochter, die het ongeluk net als ik overleefde en daarbij haar moeder, zusje en ook haar man verloor, woonde in Nederland. Ik wilde, nu ik toch moest verkassen, zo dichtbij mogelijk bij haar wonen. Dus koos ik voor Madrid. In januari 1994 ben ik daar aan de nieuwe opdracht begonnen. Het was een moeilijke periode. Ik werkte, om de gevolgen van het ongeluk van me af te zetten, hard, net als in Tokyo. Daardoor kwam ik niet echt aan verwerking toe en in oktober 1994 resulteerde dat in een hartinfarct, het gevolg van alle stress. Helaas heb ik daardoor in 1995 mijn werk in Madrid moeten opgeven.”
Ondanks deze ervaring durft Albert nog wel te vliegen; “Autorijden is 10 keer gevaarlijker dan vliegen, maar als er iets gebeurt met een vliegtuig, dan is de impact natuurlijk vele malen groter.”
Het roer om
Nadat Albert in 1994 noodgedwongen gestopt is met zijn werk in Madrid, is de vraag, wat nu? Albert en zijn inmiddels nieuwe partner, besluiten een vakantiehuis te gaan zoeken aan de Costa del Sol, richting Benalmádena en Marbella. Per toeval ziet Albert een advertentie in de Telegraaf over Cómpeta. Hij belt de man van de advertentie. Die blijkt bij hetzelfde bedrijf als Albert te hebben gewerkt.
Deze zegt: “Het is hartstikke leuk hier en gezellig. Waarom kom je niet even kijken”.
“Ach waarom ook niet, kijken kan altijd. En zo rijden we vanuit Madrid, via de Middellandse Zee kust de berg op naar Cómpeta, een bergdorpje op 640 meter hoogte in Andalusië ten oosten van de stad Málaga en bekend als één van de “witte dorpjes’. Het was november en mistig. Ik zag geen hand voor ogen. Nou mooi hoor, dat Cómpeta. Lekker zonnig die Costa del Sol. Mijn oud-collega had een vakantiehuisje voor ons geregeld, boven op een berg. Dus daar gingen we naartoe. Het huisje was leuk, maar had geen warm water. Het regende flink, zo hard zelfs dat het water aan de ene kant door de terrasdeuren naar binnen stroomde en via de terrasdeuren aan de andere kant weer naar buiten. Nou dat wordt gezellig hier, dacht ik.”
De volgende dag, na het openen van de gordijnen, ziet Albert een wit dorpje onder de strakblauwe lucht met een zonnetje. “Dat was al heel wat beter, ik keek vanaf mijn berg, zo op Cómpeta. We zijn naar beneden gereden, naar het dorpsplein om daar te ontbijten.
Op het dorpsplein, bij de kerk, was er welgeteld 1 kroegje met een terras. Daar belandden we dus. Het was 1994. De dorpelingen gingen naar hun werk op oude brommertjes, boertjes kwamen voorbij met hun muilezels, die bepakt waren met grote zakken aan iedere kant. Het was zo authentiek, we vonden het geweldig. We zeiden tegen elkaar, het is toch wel heel leuk, hier zouden we best kunnen wonen.”
De vakantie accommodatie
De aankoop
Medio 1995 verhuizen Albert en zijn partner vanuit Madrid naar Cómpeta.
De restauratie van het oude pand
De bedoeling is om in het 400 jaar oude pand meerdere gastenverblijven te creëren. Een verbouwing, of eigenlijk meer een restauratie, is dan ook noodzakelijk.
“Door het ongeluk heb ik een flinke PTSS opgelopen. Ik ben dan ook aan de restauratie begonnen als een vorm van therapie, door gewoon met mijn handen te kunnen werken. Dat was voor mij de manier om het verlies van mijn geliefden te verwerken.”
De staat van het oude pand is niet heel slecht. “Het pand was lange tijd eigendom van een grootgrondbezitter. Die man had veel grond met olijfbomen, wijngaarden en flink wat centen. Hij heeft het pand in 1920 helemaal laten “moderniseren”. Hierbij werd gebruik gemaakt van in die tijd moderne en goede bouwmaterialen.”
Lokale hulp
Albert kiest er bewust voor om het pand samen met mensen uit het dorp, zoals de aannemer, timmerman en loodgieter te verbouwen. “Ik heb mijn oor goed te luister gelegd en vervolgens een kleine aannemer benaderd.”
Albert waakt er vooral over dat de authentieke details en het typisch Andalusische karakter van het huis bewaard blijven. “Voor de rest liepen we gewoon op de bouwers vooruit met slopen en maakte ik tekeningen op de muur van hoe ik het wilde hebben, dit hier, dat daar etc. De bouwers konden vanaf deze tekeningen hun ding doen en dat verliep perfect. De aannemer verstond het oude vak als geen ander. Zijn vader had o.a. de kerktoren in het dorp herbouwd, nadat deze bij een aardbeving in 1884 was ingestort, dus die wist heel goed wat hij deed.”
Omdat de straatjes in Cómpeta erg nauw zijn, is het nog een hele klus om materiaal aan- en af te voeren. “De hele dag reed ik in mijn Landrover met aanhangwagen om het puin af te voeren en het bouwmateriaal aan te leveren “.
Na 5 maanden is de restauratie van de vakantieappartementen in ‘Mesón La Hospedería’ klaar. Tijd voor de volgende stap.
Wandelvakanties voor groepen
Albert benadert reisorganisaties en komt in contact met Aktiva Tours, een organisatie die wandelvakanties voor individuen en groepen aanbiedt. Zij bieden nog geen wandelvakanties aan in het gebied rondom Cómpeta. Aktiva en Albert komen tot overeenstemming en Albert wordt de lokale vertegenwoordiger voor het organiseren van wandelvakanties in dit gebied.
“Wij kregen van Aktiva Tours het aantal personen en de periode door en ik haalde die mensen dan op van het vliegveld en installeerde ze in ‘Mesón La Hospedería’. ‘s Ochtends verzorgden wij het ontbijt, ‘s avonds bereidde ik het diner en overdag was ik de gids voor de wandeling in de bergen en langs de Middellandse Zee.
Eveneens werkten we enige tijd met Sinbad Reizen en de Fietsvakantiewinkel samen voor het aanbieden van verzorgde wandel- en fietsvakanties in Andalusië.”
Nieuwe doelgroep: Stellen en individuen
Met groepen werken is behoorlijk bewerkelijk. Albert doet de inkopen voor het restaurant, waarvoor hij in de beginjaren steeds naar de kust moet. Overdag gaat hij met de mensen de bergen in en ‘s avonds kookt hij het diner voor zijn gasten. Het wordt allemaal een beetje veel. Dus besluit Albert zich op een andere doelgroep te gaan richten.
Sinbad Reizen wordt overgenomen door een andere partij. Albert gaat nog door met Aktiva Tours tot de zomer van 2010. Dan verkoopt hij de contracten aan een andere Nederlander, die de groepsreizen van hem overneemt.
“Ik ben voorzichtig omgeschakeld naar wandelvakanties voor stellen en individuele reizigers, ook omdat het boeken via internet steeds meer in zwang kwam. Die mensen bereik ik onder andere via mijn eigen website en diverse internet platforms, plus nog de website van Fietsen in Spanje. Het merendeel van mijn boekingen, zo’n 65%, krijg ik nu nog via deze platforms.”
De gasten
Reizigers van over de hele wereld, van jong tot oud komen naar het gezellige bergdorpje Cómpeta. Zelfs vanuit het Midden-Oosten. Voor een wandelvakantie of fietsvakantie in Andalusië of om gewoon te relaxen in het altijd aanwezige zonnetje. De sfeer is hier zo volledig anders dan aan de kust. “Aan de kust is het uitgestorven in de winter en in de zomer word je overlopen door de mensen. Hier voel je gewoon de gemoedelijke sfeer. Dat trekt het hele jaar veel mensen aan.”
“Sinds de Covid-belemmeringen enigszins zijn opgeschort krijg ik veel Spanjaarden. Ook in het jaar dat de Spanjaarden gezegd werd dat ze niet naar het buitenland mochten, kwamen er veel mensen, vooral uit Noord-Spanje naar onze accommodatie”
De werkwijze
Albert ontvangt zijn gasten altijd persoonlijk. “Ik breng ze onder in onze accommodatie en leg uit wat er allemaal in de buurt te doen is. Verder ben ik normaal gesproken elke middag tussen 17:00 uur en 18:00 uur te vinden op het dorpsplein om mijn krantje, onder het genot van een glaasje wijn, te lezen. Daar hou ik dan meteen kantoor, zeg maar. Gasten kunnen dan met hun vragen en wensen bij mij terecht en ik help ze dan graag verder met een nieuwe wandelroute of uitstapje naar Málaga met de lokale busonderneming.”
Het verhuurseizoen
Eigenlijk kun je hier het hele jaar door wel terecht. De zomermaanden juli en augustus zijn wel behoorlijk warm, de temperatuur kan oplopen tot 40 graden Celsius maar door de lage vochtigheid in de bergen en het altijd aanwezige briesje is het ook dan goed te doen. Om het een beetje vol te houden is het wél verstandig om het Spaanse ritme, met de siësta, aan te houden. Je moet je er gewoon op instellen. Dat betekent voor mij dat ik om 07:00 uur in de ochtend begin. Ik zorg dat ik rond 13:00 uur thuis ben, dan ga ik zwemmen, wat eten en lekker rusten in de schaduw tot een uur of 17:00. Dan ga ik mijn krantje lezen op het dorpsplein en vanaf 19:00 uur ga ik weer wat werk doen, zo hou ik het vol.”
Uitbreiding en inkrimping accommodatie
Uitbreiding accommodatie
In 2005 breidt Albert de accommodatie uit. Naast “Mesón La Hospedería” was een oud pandje met een antieke druivenpers. “Na de sloop heb ik, naar eigen ontwerp en weer met de lokale mensen, een nieuw huis gebouwd, in de stijl van het dorp.”
In het pand zijn twee luxe studio appartementen gecreëerd, genoemd naar twee steden waar Albert heeft gewoond, Singapore en Tokyo. Elke studio is voorzien van een compleet uitgeruste keuken, luxe woon- slaapkamer en een heerlijke, ruime badkamer. Beneden vind je de fietsenstalling voor de huurfietsen en boven bevindt zich een riant dakterras met veel privacy. Het gebouw krijgt de mooie naam “La Granada Residénce”. In de studio appartementen vind je meer dan 30 wandelroutebeschrijvingen in het Nederlands, waarmee je zelfstandig ‘op pad’ kunt gaan voor je wandelvakantie door de bergen en de omliggende dorpjes.
Inkrimping accommodatie
Albert verhuurt nog steeds appartementen, maar niet meer in Mesón La Hospedería. Dat pand heeft hij verkocht. Aan Nederlanders, die het vanaf juni 2022 op dezelfde manier zijn gaan voortzetten. De verkoop van het oude pand zorgt ervoor dat Albert het rustiger aan kan doen. Wel blijft hij de twee ruime appartementen in La Granada Residénce verhuren.
Het dorp Cómpeta
Cómpeta ligt zo’n 14 km van de Middellandse zee kust, ongeveer 20 minuten met de auto. Maar je kunt ook op de fiets. Het stuk naar boven is dan wel pittig. Dan biedt een elektrische fiets uitkomst. Er is ook een busverbinding langs de kust via Torre del Mar naar Málaga.
Van origine leefde Cómpeta van de wijnbouw en de bekende Cómpeta wijn. En heel vroeger was hier ook een zijde-industrie met zijderupsen. Daar kwam de klad in omdat er een ziekte uitbrak onder de rupsen, dus dat was het einde hiervan.
Vervolgens zijn ze hier voor de buitenlanders veel gaan bouwen. Eerst huisjes in de Campo. Opknappen, bouwen, verkopen enzovoort. Tegenwoordig ligt het accent op het toerisme. Zo probeert men te voorkomen dat de jongelui uit het dorp wegtrekken. Zij kunnen nu hun brood in het toerisme verdienen. Veel jeugd in het dorp spreken nu ook talen zoals Engels of Duits zodat ze kunnen werken in een hotel, restaurant of bij de lokale bank.
Groeimogelijkheden
Het dorp zelf kan niet meer verder uitgebreid worden. De bergen belemmeren dat en ook buiten het dorp kun niet zomaar meer bouwen. Vroeger werd het nog wel eens oogluikend toegestaan, tegenwoordig heb je overal een bouwvergunning voor nodig.
De aantrekkingskracht van Cómpeta
Cómpeta is een geweldige uitvalsbasis voor een wandelvakantie of een fietsvakantie in Andalusië. Ook in de winter, herfst en het vroege voorjaar. Het dorp heeft het enorme Tejeda en Almijara Natuurpark (46.000 hectare) als achtertuin, dat zich uitstrekt van de hoogste bergen tot aan de Middellandse Zee. Dit berggebied is prima geschikt voor wandelaars, wielrenners en mountainbikers. Avontuurlijke wandelaars kunnen tot de toppen van de bergen La Maroma (2.062m) en Cerro Lucero (1.779m) wandelen met uitzicht op de kust van Noord-Afrika en de met sneeuw bedekte Sierra Nevada.
Wandelroutes over natuurlijke paden zijn goed aangegeven en Albert verstrekt je graag routes voor jouw individuele wandeltocht. Het dorp heeft ook een aantal routes uitgezet met verschillende kleuren en in het toeristenbureau zijn boekjes verkrijgbaar met wandelroutes in verschillende talen.
Routes voor wielrenners en mountainbikers zijn eveneens beschikbaar in de accommodaties van La Granada Residénce.
Het gebied kent ook lange afstandsroutes, Senderos de Gran Recorrido ofwel GR’s (grote routes) genoemd. Je kunt weliswaar niet in de bergen zelf overnachten, maar in de dorpjes is genoeg accommodatie te vinden.
‘Wit’ dorp
Cómpeta is één van de fraaie witte dorpjes van Andalusië in Zuid Spanje. Om het zo te houden, moeten de huizen regelmatig opnieuw gewit worden.
Albert: “Vroeger was het een gewoonte om een week voor de Semana Santa, de paasweek, alles te witten. Iedereen deed dan z’n eigen huis. Met witte kalk die uit de bergen werd gehaald. In de bergen zijn een aantal kalkovens. Daar brandden ze 24 uur lang kalkstenen tot poeder. Dit kalkpoeder wordt vervolgens met water gemengd en op de huizen aangebracht.
Het leuke van deze bijzondere techniek is, dat als je aan het verbouwen bent in een oud huis en je een stukje muur wegbreekt, je de laagjes kalk kunt zien. Zoals de jaarringen bij een boom. Dan zie je dus aan de kalklagen hoe oud het pand is.”
Saharazand
Albert vertelt: “We hebben dit jaar de pech gehad dat het een paar keer geregend heeft met stof uit de Sahara, dus nu zijn niet alle huizen meer wit. Dat Saharazand, vermengd met regen is een verschrikkelijke, vettige troep dat je alleen met een hoge drukspuit kunt verwijderen.
De mensen die hier permanent wonen, zorgen er wel voor dat hun huis snel weer wit is en wassen de troep er gelijk weer af. Maar niet alle huizen zijn permanent bewoond. Mensen die niet ter plekke zijn als het gebeurt, worden verrast als ze hier weer komen.”
In een zwembad is dat zand helemaal een ramp. “Mijn zwembad was echt donkerbruin met een dikke laag prut op de bodem. Dan heb je speciaal spul nodig dat ervoor zorgt dat de vaste deeltjes die drijven naar de bodem zakken. Met een stofzuiger zuig je vervolgens de bagger op. Die gaat dan over de rand van het terras het bos in.”
De voorzieningen
De voorzieningen in Cómpeta zijn prima. Er wordt nu zelfs een klein ziekenhuisje gebouwd. De medische post is ook wel toe aan een nieuwe behuizing. Er komen ook een paar bedden voor mensen die echt opgenomen moeten worden.
De autowegen in Spanje zijn geweldig, met dank aan Brussel. Een aantal wegen in Spanje zijn nog steeds privébezit, daar moet je tol betalen. Maar de grote snelwegen zijn allemaal met Europees geld aangelegd. Cómpeta is dus prima bereikbaar over goede wegen.
Schoon dorp
Wat opvalt in Cómpeta is dat het er ontzettend schoon is. Je ziet nog geen papiertje op straat liggen. Albert verklaart: “Je ziet hier in het dorp iets waar de Nederlanders nog wel wat van kunnen leren. Mensen die hier een uitkering hebben, moeten drie keer per jaar 15 dagen voor de gemeente werken. Dus bijvoorbeeld straten vegen. Of een handje helpen als er ergens een straatje gerepareerd moet worden of als er iets verbouwd moet worden. Je ziet hier om de dag iemand voorbijkomen met een grote kliko, een bezem en een schepje die de straat schoonveegt. Ik vind het een logisch systeem.”
De lokale bevolking
Cómpeta telt zo’n 3800 inwoners, waarvan de helft buitenlanders met wel 31 verschillende nationaliteiten. Best wel bijzonder. Albert: “Het dorp is door de buitenlanders ontdekt dankzij de Denen. Een Deen die zich hier vestigde zo’n 40 jaar geleden, begon, samen met een aannemer een makelaarskantoor. In het begin kwamen er Denen, later gevolgd door Engelsen en weer later door mensen van over de hele wereld. En dat allemaal in dit kleine dorpje.
Het begon met de gepensioneerden, maar nu zijn er ook veel jongere buitenlanders, die hier bijvoorbeeld werken als aannemer, elektriciën, loodgieter, tuinman en dat soort functies. Die werken als zzp’er.” Of die hier een B&B beginnen.
De oorspronkelijke inwoners van Cómpeta staan erg open voor buitenlanders. Zeggen altijd goedendag, maken graag een praatje met je en vragen of ze je ergens mee kunnen helpen. “Persoonlijk heb ik met weinig buitenlandse bewoners contact, alleen met mensen uit het dorp.”
Heb je ooit overwogen om weg te gaan uit Cómpeta?
“Toen we hier een aantal jaren woonden hebben we zeker ook naar andere plekken gekeken. In de buurt van Valencia, Benidorm, Almería en zo, maar ik moet er niet aan denken om daar te gaan wonen. Te druk en het landschap is niet zoals hier. Je zit hier aan een vallei die hartstikke groen is. Dan kom je terug en rij je vanaf de Costa del Sol de berg op en dan is het weer groen, ja dan kom je echt thuis.”
De huizenmarkt
In en rondom Cómpeta staan best veel huizen te koop. Zowel huizen die opgeknapt moeten worden als huizen waar je zo in kunt trekken.
Albert: “Mensen moeten hier wel voorzichtig mee zijn. De vraag is altijd of het allemaal wel volgens de voorschriften gebouwd is of nog verbouwd gaat worden.
25 jaar geleden vroeg ik aan de burgemeester wat ik nodig had om te gaan verbouwen. Hij zei toen tegen mij: “Dat weet je toch wel? Zand, cement en water”. Vervolgens kreeg ik de vergunning. Nou, die tijd is echt wel voorbij. Er zijn strenge eisen gekomen en dat is ook wel terecht om de mooie natuur te beschermen.”
Makelaars zijn er veel in Cómpeta, bijna net zoveel als restaurants, hoofdzakelijk Spanjaarden. Je hebt geen vergunning nodig om makelaar te worden, het is hier een vrij beroep, niet zoals in Nederland.
Albert adviseert om, voordat je gaat kopen, eerst een appartement bij hem te huren. Dan kan hij je meteen uitleggen waarvoor je moet oppassen. “Ik krijg vaak mensen hier, doorgestuurd door de makelaar, voor een week of twee.”
Een advocaat heb je ook nodig. De lokale makelaars proberen je vaak in de richting te duwen van de advocaat waarmee zij al samenwerken. Albert adviseert om daarin niet mee te gaan, maar je eigen advocaat te zoeken. Iemand die voor jou werkt en niet voor de makelaar.
“Spreek vooral met de mensen, die hier al wonen. Die willen en kunnen je helpen.”
Valkuilen bij de aankoop van een huis
Er zijn twee grote valkuilen aldus Albert.
1. Een pand dat niet legaal gebouwd of verbouwd is, waarbij de juiste vergunningen ontbreken. Als je een dergelijk pand koopt, betekent dat, dat je er waarschijnlijk nooit meer van af komt. In Nederland mag je ook geen huis bouwen zonder vergunning en dat is hier natuurlijk precies hetzelfde.
2. Het kopen van een oud huis in het dorp. De oude huizen hier zijn vroeger gebouwd met keien en klei uit de bergen en met kalk. Dus niet met cement. Daarom zijn de muren van die oude huizen meestal wel 60 cm dik. Niet zozeer omdat ze zo’n hele dik muur willen hebben maar dat is om het huis stabiel te maken, zodat het niet omvalt. De vloeren op de verdiepingen zijn vaak gemaakt van sparren. Dus van boomstammen bedekt met riet en dan eventueel tegels eroverheen. De muren zijn zo dik dat ze ook vocht kunnen vasthouden. Zeker bij een lekkage. En dan rotten alle topjes van die stammen eraf en kan je de hele vloer vervangen. Als je hier een standaard oud huis voor 1 ton koopt, hou er dan maar rekening mee dat je nog voor 1 ton moet verbouwen. Zeker met dat soort plafond- of vloerconstructies. Die moet je er eigenlijk uit halen.
Een goede aannemer is cruciaal in je verbouwingsplan. Zeker als je zelf niet steeds ter plekke bent, is het vertrouwen in een aannemer heel belangrijk. Of je moet iemand inschakelen die hier goed bekend is en de bouw voor je kan begeleiden. Meestal kost je dat 1% van je offertebudget. Je weet dan wel zeker dat de verbouwing gebeurt zoals jij het wil en dat het goed gebeurt.
Vergunningen
De gemeente is binnen de wet, absoluut meewerkend ingesteld als je een vergunning wilt om te (ver)bouwen. Wel moet je aan bepaalde voorwaarden voldoen. Zo zijn er eisen in verband met de verlichting en brandveiligheid. Je zult behoorlijk wat tijd moeten investeren in het verkrijgen van je vergunningen. Een makelaar kan je daar best mee helpen, maar je moet er zelf wel achteraan zitten.
Watertekort
Albert vertelt:
“Watertekort is een steeds groter probleem. Vlakbij Cómpeta ligt een heel groot stuwmeer. Twee maanden geleden was dit meer en ook andere stuwmeren nog maar voor zo’n 12% vol. Bijna leeg dus. Zo erg zelfs dat verdronken dorpjes weer boven water zijn gekomen. Overigens wel heel uniek om te zien. Maar doordat we een aantal flinke buien hebben gehad, hebben we nu voldoende water tot de zomer.
Maatregelen
Er zijn restricties gesteld aan het bevloeien van de vele vruchtbomen (avocado’s/mango’s) in omgeving. Men wil het zo veranderen, dat het water van onder de grond komt i.p.v. boven de grond. Zodat het minder verdampt en het effectiever is.
Er worden kleine installaties geleverd aan de boeren, zodat ze ook afvalwater kunnen gebruiken voor de akkers en de bomen. Wat je ook ziet in de Campo is dat boeren hun fruitbomen van water voorzien door, met behulp van door zonnepanelen aangestuurde waterpompen, het water uit de putten omhoog te halen. In die gebieden is er normaal gesproken geen elektriciteit.
Je mag trouwens niet zomaar een waterput slaan. Daarvoor heb je een vergunning nodig en die krijg je niet zo makkelijk. De waterspiegel wordt steeds lager. Het dorp Cómpeta krijgt het water uit een put in de bergen, maar die moet regelmatig dieper geboord worden. Dat is dus echt wel een probleem.
Men zoekt wel naar oplossingen. Door bijvoorbeeld ontzoutingsinstallaties te bouwen om van zout water zoet water te maken. Dat is hoofdzakelijk aan de Costa del Sol, waar de toeristen zijn.
Ook zijn er ideeën om vanuit de Taag rivier in midden Spanje, een kanaal of buizen aan te leggen naar het zuiden, want daar is wel altijd veel water. Maar dat is een natuurlijk een megaproject dat enige jaren zal duren.
Het klimaat is aan het veranderen. Als het nu regent zitten er echt stortbuien tussen. Dan zie je aan de kust bij de riviermondingen hele stromen met bagger. Goede grond die zo naar de zee spoelt. Vroeger toen het vaak miezerde trok het water beter de grond in. Nu loopt het er eigenlijk overheen. Door de droogte is de grond veel harder geworden en absorbeert het minder goed. Dus ja, we hebben hier ook wel wat probleempjes in verband met de klimaat verandering.
Wat je wel veel ziet en dat heb ik zelf ook gedaan, is dat regenwater opvangen wordt. Zo heb ik een nieuw huis gebouwd buiten het dorp en er meteen voor gezorgd dat er in de constructie een grote tank van 100.000 liter gebouwd werd om regenwater op te vangen. Ik vang al het regenwater op van het dak en de terrassen. Daarmee vul ik mijn zwembad en beregen ik mijn tuin.
Ik heb ook een hele grote tank van 20.000 liter met drinkwater zodat ik niet zonder kom te zitten. Die tank wordt normaal gesproken automatisch gevuld. In tijden van droogte kan het wel zijn dat je maar 1 keer in de week water toegevoerd krijgt. En als je dan een klein tankje hebt van 750 liter, dan zit je al gauw zonder.
Een zwembad aanleggen, dat kun je tegenwoordig wel vergeten. Je hebt een vergunning nodig en die krijg je meestal niet. Dit komt onder andere ook door de watertekorten.
Om water verder te besparen komt er in de zomer eens in de 2/3 weken een krantje uit waarin dan bijvoorbeeld staat dat je je auto niet mag wassen.
De Sahara rukt ook op in Andalusië. Ja, het klimaat verandert hier ook behoorlijk.”
Zonnepanelen
Eigenlijk zie je nog veel te weinig zonnepanelen, dat is nog niet goed tot ontplooiing gekomen. Tot voor 2 jaar was het zo dat als je hier zonnepanelen had en je leverde de stroom terug aan het elektriciteitsnet, dan moest je er btw over betalen. Een heel stom systeem. Maar goed dat is nu wel veranderd, maar nog niet voldoende, terwijl de zon tóch bijna iedere dag schijnt!
We vragen tot slot aan Albert wat belangrijk is als je overweegt naar Andalusië te gaan emigreren.
De tips van Albert
1. Leer de taal
“Ik woonde en werkte al in Madrid en ik reisde door heel Spanje en Portugal. Ik sprak dus al wat Spaans. Het “Andaluz” is (vooral in de dorpjes) een dialect dat wat lastiger te verstaan/begrijpen is, maar het belangrijkste is dat je Spaans probeert te spreken. Dus niet in het Engels beginnen in een restaurant of wat dan ook.
Zeker niet tegen oudere mensen, die begrijpen er al helemaal niets van. Probleem hier in het dorp is dat er nog veel mensen zijn, vooral van boven de vijftig, zestig, die niet kunnen lezen of schrijven. Cómpeta was vroeger een heel arm dorp en zodra mensen van de lagere school af kwamen, konden ze de Campo in om te werken. Olijven en druiven plukken, dat soort werk.
Probeer dus gewoon Spaans te spreken. Er is niemand die je zal uitlachen als je iets niet goed zegt. Ze waarderen het al bijzonder als je probeert om hun taal te spreken.
Mocht je het hier willen leren? Hier in Cómpeta zit een man, die uit Venezuela komt en privéles Spaans geeft. Dan neem je bijvoorbeeld drie ochtenden in de week les en ga je daarna buiten oefenen, zeg maar.
2. Respect en Integratie
“Wat ik graag nog mee wil geven voor de mensen die hier eventueel zouden willen komen wonen of waar dan ook. Respecteer de lokale mensen en respecteer dat het dorp van de lokale mensen is en niet van de buitenlanders.
Ik vind dat wij, als buitenlanders, de plicht hebben om ons aan te passen aan de lokale mensen. Om het in ieder geval te proberen. Zo krijg je ook een goed contact met mensen en leer je de cultuur van de plek waar je je gaat vestigen het snelste kennen.
Het moet wel uit jezelf komen, anders werkt het niet. Er zijn hier bijvoorbeeld Engelsen, die wonen hier misschien al 30 jaar en spreken nog geen drie woorden Spaans. Kunnen net aan een cerveza bestellen en dan houdt het ook wel op. Dit komt omdat ze elkaar opzoeken. Ze hebben bijvoorbeeld een bridge-, dart- of een wandelclubje of wat dan ook. Allemaal Engelsen die bij elkaar zitten en een Engelse aannemer, loodgieter een tuinman hebben. Zo integreer je niet en blijf je dus altijd een buitenlander.
Voor de Spanjaarden is dit ook niet fijn. Je zou toch denken dat met al die buitenlanders die hier komen wonen, er werk wordt gecreëerd voor de lokale bevolking. Maar tja, als ze dan hun eigen mensen invliegen…
Ik werk uitsluitend met mensen uit het dorp en heb daar hele goede ervaringen mee. Daardoor heb ik ook binding met hen gekregen. Dat vind ik leuk.”
3. Maak eerst je eisen- en wensenlijst
Als je overweegt om je in Andalusië te gaan vestigen maak dan eerst een lijst met je eisen en wensen en prioteer deze. Wat wil je, wat zoek je, wat kan je zelf doen? Wat is het belangrijkste voor je?
Voor mij was dat een zonnetje en bezig zijn.
4. Maak een rondreis door de regio
Bekijk of een plek of pand aan je wensenlijst voldoet.
5. Check de vergunningen
Als je een huis wilt kopen check dan de vergunningen. Anders blijf je met een onverkoopbaar huis zitten.
6. Pas op met een oud huis
Sta stil bij mogelijke gebreken.
7. Eigen advocaat
Vind je eigen advocaat, die jouw belangen behartigt.
8. Begeleiding bouw
Stop voldoende tijd in de begeleiding van de bouw of verbouwing van je huis, als je dat hier koopt. Of zorg dat je hier iemand voor vindt.
9. Gun lokale mensen business
Je kunt echt prima met ze samenwerken.
Naschrift redactie: In november 2024 heeft Albert ook La Granada Residénce verkocht. De nieuwe eigenaren blijven de appartementen verhuren onder de naam Competa Suites. Albert geniet sindsdien van een welverdiend pensioen.