Als we na 20 minuten, over slingerende wegen bergopwaarts, het erf oprijden van Finca las Nuevas, worden we allerhartelijkst begroet door twee honden. Dit blijken Rosie, een Spaanse jachthond en Gipsy een poedel te zijn, die bij de familie en finca horen. Als we richting het grote terras lopen komen Pascalle en Robert, de hartelijke eigenaren ons al tegemoet. We strijken neer op het terras en kijken onze ogen uit. Wat een uitzicht. Na een drankje en even gepraat te hebben, worden we naar Casa Sofia, de tot een tinyhouse omgebouwde hooischuur gebracht. Wow, wat een leuke accommodatie zeg. Op het balkon hangt een fijne schommelbank. Beneden is er nog een terras in de schaduw. Binnen is het modern met een compacte, comfortabele leefruimte, keuken, heerlijk bed en fijne badkamer. Nou, wij vermaken ons hier wel.
Als eerste duiken we het zwembad in en ‘s avonds genieten we, al schommelend, van het fantastische uitzicht. De honden houden ons gezelschap, komen niet binnen, maar houden keurig de wacht voor de deur als wij binnen zijn.
Een dag later spreken we Pascalle en Robert uitgebreid. Want ja, wij willen wel weten wat hun verhaal is.
Snel naar
Hoe het begon
Pascalle begint: “ Eigenlijk is het wel een stom verhaal hoe we hier terecht zijn gekomen. We woonden in Azië toen Robert een nieuwe baan kreeg in Kazachstan. We moesten binnen twee maanden een nieuwe plek en een nieuw huis vinden.“
Robert vervolgt: “Die baan was een gegeven. Een huis in Nederland hadden we niet meer dus de vraag was: Waar gaan we wonen? We wilden sowieso een land waar het zonnig, licht en warm is.“
Er bestaan testen waarbij je, aan de hand van vragen, je favoriete land kunt bepalen. Die test doen ze met het gezin. Bij Pascalle komt de Verenigde Arabische Emiraten naar voren, bij Robert en de kinderen Nieuw-Zeeland.
Robert: “Nieuw-Zeeland spreekt ons erg aan maar vinden we toch een beetje te ver van de familie in Nederland. Azië valt ook af, omdat je daar vaak slechts voor minder dan 50% eigenaar kunt zijn. Dat willen we niet.
Dus komen we vrij snel in de EU terecht. We zoeken een plek, dichtbij een internationale luchthaven en met een internationale school voor de kinderen. Zij zijn dit al gewend en het maakt de overgang naar een nieuw land makkelijker, zo denken we. We kijken in Italië, Oostenrijk, Zwitserland en nog wat landen. Vrij duur allemaal. Ineens komt Spanje voorbij. Voor mij volledig onbekend, ik was er nog nooit geweest. Pascalle wel. Zij ziet Spanje wel zitten. Mooi weer, bergen, zee. Je kunt er zelfs skiën. Ja, Spanje heeft voor iedereen wel iets.”
Dus richt de familie haar pijlen op Spanje, waarbij Andalusië de voorkeur heeft vanwege het fijne klimaat.
Plan B
Tijdens het brainstormproces over hun nieuwe locatie, bedenken Robert en Pascalle dat het een mooi moment is om aan hun plan B voor de toekomst te werken. Robert blijft, zolang als nodig is, werken in Kazachstan. Tegelijkertijd willen ze een nieuwe bron van inkomsten gaan creëren. Ze zijn toe aan een nieuwe uitdaging.
“Voordat we naar Azië vertrokken werkte ik in een museum, zegt Pascalle. In Azië mocht ik niet werken. Daar deed ik vrijwilligerswerk en een opleiding pilates en yoga. Heel leuk, maar na 4 jaar had ik wel zin om iets anders te gaan doen.”
De opknapper
Een pand opknappen en daar iets moois van maken om te verhuren, ja dat lijkt ze wel wat.
De makelaar komt met een opknapper op de proppen. Een huis met een paar gebouwtjes. Het huis is bewoonbaar, maar heeft modernisering nodig, zo is het verhaal. Dat lijkt ideaal, ze komen immers met twee pubers, die naar school moeten. Die willen ze niet al teveel in de rotzooi neerzetten.
Helaas blijkt het bewoonbare huis aanmerkelijk minder bewoonbaar te zijn. Het huis is in de jaren vijftig blijven steken, de deur is al vergaan en er moeten eerst drie honden naar binnen om de ratten te verjagen. Het is een bouwval, dat van de grond af aan opnieuw opgebouwd moet worden. Dat gaat heel veel tijd kosten en Robert is er maar de helft van de tijd omdat hij maand op maand af werkt in Kazachstan. “Nee dat willen we de kids en onszelf niet aan doen.”
Finca Las Nuevas
Tegelijkertijd hebben ze, via internet, Finca las Nuevas gezien. Ze gaan erheen en het is liefde op het eerste gezicht. Ze hebben nog twee weken in Spanje en bekijken toch nog tal van andere huizen.
We wilden een mooie plek en een hoop rust, mooie natuur. Ook voor de gasten. Wij vinden het westen van Malaga mooier dan het oosten. Als je naar het oosten rijdt zie je heel veel broeikassen van plastic. Hier is dat blijkbaar niet toegestaan.
We bekijken meerdere mooie panden, maar die zijn niet groot genoeg om er een inkomen uit te kunnen halen. We hebben het liefst vijf verhuurbare units.
Ze komen steeds weer terug op Finca las Nuevas en besluiten er een paar nachten te logeren om er een gevoel bij te krijgen. Daarna weten ze het zeker, dit wordt het.
De aankoop
De finca staat inmiddels al een aantal jaren te koop. De vorige eigenaar heeft het van meerdere eigenaren van verschillende Spaanse families gekocht. Er zijn maar liefst 17 aktes. Dat is overigens niet ongebruikelijk in Spanje.
Er zijn ongeveer 1 miljoen illegale huizen in Spanje, met name in de Campo (het buitengebied). Ontstaan doordat elk stukje grond van oorsprong een klein schuurtje mag hebben. Door vererving van de grond worden het er steeds meer. Langzaam worden deze, zonder vergunning, omgebouwd naar huisjes, verder uitgebreid en dus steeds groter.
“Sommige mensen vinden het prima om een huis in deze staat te kopen en gaan dan zelf het legalisatieproces regelen. Dan krijg je, van de verkoper, een bepaald bedrag voor dit proces. Maar je hebt dan ook al het gedoe.
Wij willen het huis, de grond en alles wat erbij hoort, alleen kopen als het juridisch helemaal legaal is. Dat is ook een voorwaarde van de bank om een hypotheek te krijgen. Onder die voorwaarde kopen wij de finca en doen een aanbetaling, die bij de advocaat gestald wordt.”
Het legalisatietraject start. De verwachting is dat het binnen 3 maanden afgerond is. Na 7 maanden komt de advocaat met de mededeling dat het zwembad illegaal is. “Gooi het maar dicht en graaf het dan over twee jaar maar weer uit, dan komt het wel goed”. Maar nee, dat willen ze niet. Dan gaat de koop niet door.
De advocaat kijkt nog eens kritisch naar de wijziging op het bestemmingsplan, waardoor een ingegraven zwembad niet langer is toegestaan. Gelukkig blijkt dat de wijziging van latere datum is dan de bouw van het zwembad en krijgen ze alsnog goedkeuring.
De vergunning
Wat deden jullie totdat de vergunning er was?
“Toen we in Spanje aankwamen huurden we voor een week een huis en zochten we iemand die alle zaken voor ons kon regelen. Zoals bijvoorbeeld het aanvragen van de NIE (Número de Identificación Extranjeros, het identificatienummer voor buitenlanders, vergelijkbaar met het Nederlandse BSN). Via deze persoon vinden we een huurhuis in Alhaurin waar we een jaar blijven.
Na dat jaar denken we Finca Las Nuevas te kunnen kopen en zeggen de huur op. Maar de koop blijkt nog niet rond, de goedkeuring van het zwembad ontbreekt. De finca is dus nog niet officieel van ons.
De eigenaren willen geen nieuw seizoen meer draaien en vertrekken. Wij kunnen er al wel in en omdat wij graag willen starten besluiten we de finca te huren.”
De verhuizing naar Spanje
Wat vonden de kinderen van de verhuizing naar Spanje?
“De stap naar Spanje vonden ze maar raar. Wij hadden voor het eerst geen strak omlijnd plan en dat waren ze niet gewend. Ze dachten “Die ouders van ons zijn losgeslagen”. Dus zijn we met ze “Ik vertrek” gaan kijken, zodat ze zagen dat er meer mensen zijn die zich in een nieuw avontuur storten.
De kinderen vinden Spanje in aanvang maar niks. Op de internationale school spreekt driekwart van de klas Spaans en zij nog niet. Het duurt wel een jaar om hun draai te vinden.
“Wij realiseerden ons ook dat deze plek fantastisch is, maar voor twee pubers toch minder aantrekkelijk. Het is zo’n 20 minuten rijden naar het eerste dorp. Dus brachten en haalden we de kinderen naar en van school, sport, vriendjes, feestjes etc. Dat hadden we er graag voor over. We wilden dat onze kinderen hier ook leuke jaren zouden hebben. Zo hebben we vele kilometers afgelegd. Vanwege dit drukke rijschema kozen we ervoor om de accommodaties van een goed uitgeruste keuken te voorzien zodat mensen zelf kunnen koken.”
De taal
Pascalle: “Ik heb ooit een jaar Spaans gehad, maar dat was ver weggezakt. We hebben geen cursus van tevoren gedaan want we wisten immers niet dat we hier terecht zouden komen.
Ik volgde Spaanse les in het dorp en ben later overgestapt naar een Nederlandse vrouw, Maria, die hier al 60 jaar woont. Zij heeft haar eigen methode opgezet waarbij het gaat om de conversatie, eerst in kleine groepjes, nu online.
Leer eerst maar eens praten, zei ze. Je gebruikt wel alle tijden met hier en daar een foutje en dat is prima. Je kunt zo toch een gesprek voeren. Dit werkt voor mij echt beter.”
Robert startte met een intensieve cursus in Málaga, maar dat bleef niet zo goed hangen.
Robert: “Voor mij was het lastig. Ik kon niet echt oefenen. Op mijn werk ben ik omringd door Kazachstans, Russisch, Engels en Italiaans. En als ik hier was kwam ik, doordat ik met allerlei constructiewerkzaamheden bezig was, ook nauwelijks een Spanjaard tegen. Ik spreek het nu dus nog steeds niet. Als er nu een Spaanse buurman langskomt en die wil met mij praten dan is het fijn als onze zoon erbij staat, die verstaat het heel goed. Ik snap nu wel hoe een allochtoon in Nederland zich voelt als die zijn kinderen mee moet nemen naar de huisarts. Ik ga het wel weer oppakken, want ik wil niet afhankelijk zijn van Pascalle of de kinderen.
De start
Pascalle: “We hadden nergens ervaring in en moesten dus echt nog van alles leren. Je denkt ook nog niet aan alles. Robert zit elke twee maanden een maand in Kazachstan, dus in die maand run ik de finca alleen. Dat is best wel eens pittig.
Het was de tweede week en Robert was er niet. Eén huisje hadden we nog niet helemaal op orde, dus ik maakte een ander huisje, in mijn ogen een upgrade, klaar voor deze gasten. Was alleen vergeten het hen even te melden. Nou, dat viel niet in goede aarde. Ze wilden zelf checken dat het huisje dat ze geboekt hadden inderdaad nog niet klaar was en eisten hun geld terug. Ja, daar leer je wel van.”
Robert vervolgt: “Op een ander moment belde Pascalle me. “Zet het huis maar te koop”. Ze had het helemaal gehad. De bliksem was in onze waterput geslagen, daardoor ging de pomp kapot en zat ze zonder water. Met een finca vol gasten. Dan is het wel heel vervelend dat je ver weg zit.
Gelukkig kon het opgelost worden. Een kennis bracht met een trekker water en vulde de tanks. Dat ging behoorlijk snel.
In zijn algemeenheid hebben gasten wel begrip als er iets mis gaat. Het gaat hier nu eenmaal een beetje anders dan in Nederland. Wij hebben gasflessen, die verwisseld moeten worden als ze leeg zijn. Als de elektriciteit uitvalt, hebben we meteen ook geen water, omdat de pomp dan niet werkt. In Nederland doet alles het gewoon, komt er water uit de kraan zonder maximum.
Het is belangrijk dat je goed snapt hoe het hier werkt. Ook de technische dingen. Wij hebben een waterput, maar als je die niet goed beveiligt en je trekt hem droog, dan creëer je een probleem. Dus hebben we er een beveiliging op aangebracht. Dat zorgt ervoor dat je niet in staat bent om de put helemaal te legen. Als je op een bepaald punt komt, krijg je geen water meer in je tanks. De put heeft dan zo’n 1,5 uur tot 3 uur nodig om het water weer aan te vullen. Het is dus belangrijk voldoende buffer in je tanks te hebben.
We hebben ook een generator, die de kritische apparaten van elektriciteit voorziet als de stroom uitvalt, zoals de koelkast en de pomp. En we hebben de meest essentiële onderdelen extra op voorraad, zoals een boiler, een pomp.
Pascalle vervolgt: “En dan was er ook nog die keer dat het zwembad ineens half leeg was. O jee, lekkage schrok ik. Robert was er niet, de finca zat vol met mensen, het was prachtig weer en mensen wilden zwemmen. Echt een stressmoment. Gelukkig bleek het probleem een kapotte slang in het pompcircuit te zijn. Een kwestie van vervangen dus, pfff.“
Zonnepanelen
Het verbaast ons dat jullie geen zonnepanelen hebben. Hoe komt dat?
Robert: ”De aanschaf van zonnepanelen was tot voor kort niet interessant door beschermingsmaatregelen van de overheid voor de elektriciteitsmaatschappijen. Een soort zonnebelasting zeg maar.
Spanje schijnt hiervoor door de EU op de vingers getikt te zijn, dus dat mag niet meer. Dat maakt dat het nu wel aantrekkelijk is om zonnepanelen aan te schaffen en dat gaan we ook doen.
Achter het huis hebben we een 20 meterlange muur, waar we ze aan willen hangen. We willen ze niet op het dak. We zijn toch een beetje huiverig voor lekkage, het is een oude finca. In veel Spaanse huizen is er lekkage.
Het huis is 20 jaar geleden helemaal opgeknapt, maar we zijn alert, zodra er een plekje ontstaat zijn we er snel bij. De houten kozijnen vormden een groter probleem dan het dak. Deze waren niet van hardhout. Vanwege de temperatuurverschillen kierden ze en als het hier regent gaat het zo hard.
De meeste kozijnen zijn vervangen door aluminium kozijnen. We hebben dit lokaal laten doen, omdat we het de mensen hier gunnen. Een Spaanse buurman wist ons te vertellen wie we hiervoor moesten hebben. In kleine gemeenschappen kent iedereen elkaar. Hij kon dus vrij snel aangeven, die wel, die niet. Zo kom je erachter.
Pascalle en Robert hebben 4 prachtige vakantie-accommodaties gerealiseerd in de finca!
De winter
Hoe is de winter hier?
“Overdag toch nog wel zo’n 15 tot 17 graden.” Met een zonnetje heel aangenaam. ‘s Nachts rond de 5 graden en soms wat nachtvorst. Gasten kunnen het hele jaar bij ons terecht. De finca heeft dikke muren. We hebben een houtkachel en in de huisjes hebben we ook extra elektrische verwarming. En, niet te vergeten, we hebben een fantastische hottub.”
De grond
Jullie hebben best veel grond bij de finca. Doen jullie daar nog iets mee?
“Inderdaad. We waren helemaal niet op zoek naar veel grond en toen hadden we ineens een berghelling met olijfbomen en amandelbomen. Het is iets meer dan 7,5 hectaren.
Waar de grenzen lopen was totaal niet duidelijk, er staan geen hekken ter afbakening. Wel zo mooi voor het uitzicht trouwens. Wij hebben gepuzzeld wat nu wel en niet van ons was. De Spaanse buren weten het feilloos en zij wisten ons ook te vertellen dat dat ene stukje dat wij zo mooi vinden, ook van ons is.
Als je zoveel grond hebt, wil je er ook iets mee. We hebben het bij olijven en amandelen gehouden. Andere planten, zoals avocado’s en mango’s hebben heel veel water nodig en dat is niet handig hier. We hebben ook nog wat Johannesbroodbomen. De lange bonen worden in augustus donkerbruin en kunnen dan geoogst worden. Je maakt er johannesbroodpitmeel van, een soort zetmeel en verdikkingsmiddel. Die bonen plukken wel makkelijker dan de olijven en amandelen.
In de coronatijd hebben we alle bomen gesnoeid, ongeveer 150 olijfbomen en nog veel meer amandelbomen. We mochten in deze tijd niet van het land af, hadden geen gasten, dus we hadden volop tijd.”
De olijvenoogst
Het plukken van de olijven gebeurt nog op de ouderwetse manier en duurt zo’n 3 dagen. Een net boven in de boom, een net onder in de boom. Dan met lange stokken de olijven eruit slaan. De olijven gaan in grote zakken, die wel 40 kg wegen. “In de tijd dat wij 1 boom doen, hebben de ervaren Spanjaarden er zeker al 4 gedaan. Wij werken top down en verzamelen de zakken onder aan de helling.
De olijven moeten binnen een paar dagen bij de pers zijn, anders fermenteren ze en kun je ze niet meer gebruiken. Alle lokale mensen gaan naar de persen in het dorp. Wij dus ook. Er geldt een minimaal aantal kg’s, dat per pers kan verschillen. Bij onze pers was dat 550 kg. Je boekt een tijdslot, gaat er heen met je zakken en gooit de olijven in een groot gat. Ze worden gewogen en gewassen. Het hele proces duurt 2 á 3 uur en eindigt met olijfolie in jerrycans. Vervolgens mag je tappen en zelf je flesjes of blikjes vullen. Dat is echt een leuk moment en zo heb je ineens de 1e koude persing van je eigen, onbespoten olijven, in je handen. Wij hebben ook eigen etiketten. Onze oogst de laatste keer was 3500 kg.”
Wat doen jullie met al die olijfolie?
“We geven het aan de gasten en betalen mensen, die voor ons werken deels uit in olijfolie. Ook de pers betalen we met olijfolie. Natuurlijk gebruiken we het ook zelf. Wat wil je nog meer, je eigen olijfolie. Met een stukje brood, heerlijk…”
De amandeloogst
Pascalle: “Ik zag het helemaal voor me, je hebt hier coöperaties waar je lid van kunt worden. Dus wij op pad om ons in te schrijven. Krijgen we te horen dat de amandelen schoon aangeleverd moeten worden, dus zonder groene schil. Wij hebben geen schudmachine, dus dat wordt een uitdaging.
Het oogsten valt ook tegen. De bomen zijn scherp, dus je zit zo onder de krassen. De werkwijze is hetzelfde als bij de olijven. Net bovenin en net onderin en dan slaan. Maar dan ben je nog niet klaar. De amandel zit in een groene schil. Die moet eraf. Al met al zeer arbeidsintensief.“
“Nee, hier valt geen redelijke inkomen mee te verdienen. Na een hele dag plukken en schoonmaken hebben we met z’n allen nog geen 30 euro verdiend. Mijn laagste uurloon ooit,” lacht Robert.
“Nu plukken we de amandelen puur voor eigen gebruik. De amandelspijs die we ervan maken is echt verrukkelijk.“
Kun je van de finca leven?
Pascalle: “In het begin niet. We moesten heel zuinig zijn. We werken voor onze boekingen met grotere maatschappijen en daar betaal je commissie voor. Varieert tussen de 10 en 25%.
Je denkt in het begin ook, wie weet ons nou te vinden? We moesten echt moeite doen voor directe boekingen. De website en social media, ook dat moesten we leren.
Daar was de Coronatijd weer handig voor. Ik had volop tijd om me hier mee bezig te houden. We hadden immers geen gasten.”
Robert: “Wat we nu zien is dat de eigen, rechtstreekse boekingen toenemen. Datgene wat Pascalle allemaal heeft gedaan in Coronatijd met de website en vindbaarheid blijkt te werken. Er is ook sprake van meer mond tot mond reclame en terugkerende gasten.
Robert werkt nog in Kazachstan, maar dat loopt dit jaar wel af. “We hadden al wel het idee om samen de finca te runnen, maar met twee kinderen die nog konden gaan studeren, vonden we het eng om alles meteen los te laten.”
Een goed besluit, met het oog op de Coronatijd. Zo waren ze in ieder geval verzekerd van een inkomen. Erg fijn, omdat ze ook niet in aanmerking kwamen voor een tegemoetkoming van de Spaanse overheid.
De toekomst
“Voorlopig willen we hier zeker blijven. Dat we hier terecht zouden komen wisten we 6 jaar geleden ook niet.
Dit is een hele mooie, fijne plek, maar het geeft ook een hoop werk. We realiseren ons dat als je een nieuwe eigenaar gaat zoeken dit best een tijdje kan duren. Daar houden we rekening mee.”
Het gaat goed met de kinderen. Dochter Joanne (19) studeert in Wageningen, zoon Oek (17) heeft zijn motorrijtuigenbewijs, dat kan in Spanje als je 16 bent, is mobiel en gaat zijn eigen gang. Hij studeert dit jaar af en vertrekt eveneens naar Nederland voor een vervolgstudie.
“Ze waren 9 en 7 toen wij vertrokken uit Nederland. Het zijn echte wereldburgers en zien de voor- en nadelen van verschillende plekken. Integreren in Spanje was best lastig voor ze. Hier zijn grote families, waar vaak iets te doen is én familie gaat hier altijd voor. Waar de kinderen zich uiteindelijk zullen gaan settelen, geen idee.
Vooralsnog genieten we oprecht van alles wat we hier hebben en we zien wel wat de toekomst brengt…”
De tips!
Tot slot vragen we aan Pascalle en Robert of ze nog tips hebben voor mensen die overwegen naar Andalusië te emigreren. Ja hoor:
1. Laat je Nederlandse kijk op dingen los, ga mee met de flow. Als je iemand gevraagd hebt om iets te doen, kan het zijn dat hij niet komt omdat het bijvoorbeeld regent. Alles komt uiteindelijk wel goed, maar vaak niet op jouw manier. Als je je gaat ergeren wordt het er niet beter op.
2. Leer de taal. Focus je op conversatie, grammatica komt later wel.
3. Bereid zaken voor. Heb je met een overheidsinstantie te maken? Zorg dan voor een map met alles wat je maar kunt bedenken wat je mogelijkerwijs nodig kunt hebben. Met extra pasfoto’s en kopieën die je achter kunt laten. Anders loop je de kans dat je nog op zoek moet naar een copyshop voor dat ene kopietje, dat je net niet hebt.
4. Als je een pand koopt in de Campo, iets verder weg van de bewoonde wereld, zorg er dan voor dat je veel zelf kunt doen. Er is wel support, maar die is niet altijd beschikbaar op het moment dat jij het nodig hebt. We kennen hier geen nooddienst en mensen hebben een vol programma.
5. Zorg ervoor dat je cruciale onderdelen op voorraad hebt, zoals in ons geval een geiser en een pomp.
6. Denk niet ik kom naar Spanje voor een relaxt leven. Er moet hier ook hard gewerkt worden. Zeker in het begin als je iets aan het opbouwen bent.
7. Kun je er tegen om continu gasten om je heen te hebben? Werk en privé loopt hier door elkaar heen en gasten bellen ook aan als ze je niet zien. Onze woning zit tussen de andere verblijven in.
8. Als je een huis in de Campo wilt kopen, check dan ook goed hoe de situatie met het water is. Sommige huizen zitten op bepaalde tijden zonder water. Dat wil je echt niet.
9. Breng ook tijd in de andere seizoenen hier door. Bekijk het huis dat je wilt kopen bijvoorbeeld ook in de winter. Soms kopen mensen in de zomer een huis en blijkt in de winter dat het dak aan alle kanten lekt.
10. Hou er rekening mee dat veel huizen niet goed geïsoleerd zijn en in de winter best koud en vochtig kunnen zijn.
11. Wees duidelijk naar familie en vrienden die je willen bezoeken. Voor hen is het vakantie, voor jou is het werk. Geef duidelijk vooraf aan wat je wel en niet in rekening brengt.
12. Wacht niet af, neem zelf initiatief. Als je het vermogen hebt om snel te kunnen schakelen is dat mooi meegenomen.
Na het fijne gesprek zoeken we het heerlijke zwembad op. We lezen wat, we zwemmen en genieten van het uitzicht. Ja, hier is het goed vertoeven. Wat ons betreft een aanrader!
Lees ook Te Gast bij Finca las Nuevas!
Pascalle & Robert
Finca las Nuevas
29500 Málaga, Spanje